Ben Engelen

In het kort...

Ben Engelen is vooral bekend geworden als grondlegger van de regionale systeemanalyse. Op basis van deze methode zijn in de jaren negentig landsdekkende kaarten gemaakt van grondwaterstromingsstelsels in Nederland. Zijn methode is gebaseerd op analyse van kaarten van maaiveldshoogte, grondwatertrappen en isohypsen, aangevuld met waarnemingen van grondwaterkwaliteit en boorprofielen.
Engelen heeft de nodige kritiek gekregen op zijn werk, omdat zijn methode geen kwantitatieve analyses omvat en interpretatie op basis van veldkennis en ervaring een belangrijk onderdeel is van de methode. Praktisch ingestelde hydrologen hebben vaak veel waardering voor zijn werk.

Publicaties

pdf-ernst19371963 - Gravity tectonics in the north-western Dolomites (N. Italy). Proefschrift Geologisch Instituut Rijksuniversiteit Utrecht. Tevens verschenen als 13e aflevering van de GEOLOGICA ULTRAIECTINA (Mededelingen van het Geologisch Instituut der Rijksuniversiteit te Utrecht).

1969 - Hydrochemistry as a tool for the determination of the origin of upward seepage in the polder area Alblasserwaard (Netherlands). Geologie en Mijnbouw 48,: p.226-239.

1973 - Chemical watertypes and their distribution in space and time in the Amsterdam Dunewater catchment area with artificial recharge. Journal of Hydrology 21: p.339-356.

1972 - A Catalogue of hydrological research project over the period 1966 - 1972 in the hydrology program of the Institue of Earth Sciences, Amsterdam. Aqua-vu 2, Mededelingen van het |Instituut van Aardwetenschappen, Vrije universiteit Amsterdam, Serie A, no. 2.

pdf-ernst19371974 - Rentmeesters van water. Rede uitgesproken bij de aanvaarding van het ambt van gewoon hoogleraar in de Hydrogeologie en de Geografische Hydrologie aan de Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen van de Vrije Universiteit te Amsterdam op 10 mei 1974. VU, Amsterdam.

pdf-ernst19371986 - Developments in the Analysis of Groundwater Flow Systems. A contribution to IHP Project A.2.8 prepared by a working group of the IAHS International Commission on Groundwater. Edited by G.B. Engelen & G.P. Jones. IAHS Publicatie 163. (Engelen is redacteur en heeft enkele bijdragen aan deze bundel geleverd).

Wetenschappelijk werk

Geologisch promotie-onderzoek

Gerrit Berdinus (Ben) Engelen begon zijn wetenschappelijke loopbaan rond het begin van de jaren zestig als wetenschappelijk medewerker bij Wiggers in "een tochtige dakkapel op het voormalige Instituut aan de Lairessestraat".
Zijn belangrijkste leermeester op vakinhoudelijk gebied was zijn promotor prof. dr. ir. R.W. van Bemmelen, die hij in zijn inaugurele rede dankt voor zijn grondige oefening in veldwaarnemingen en zijn ruime blik over de grenzen van zijn eigen vakgebied heen (Engelen, 1974).
In 1972 ontving Engelen de Vening Meinesz prijs, die wordt toegekend aan veelbelovende gepromoveerde aardwetenschappers.

Voorzitter bij de Vrije Universiteit

In 1974 werd Engelen benoemd als hoogleraar aan de VU, waarbij hij zijn rede "Rentmeesters van water" uitsprak. Hij schetst daarin het maatschappelijk belang van de hydrologie voor het beheer (rentmeesterschap) van water als hulpbron. In de jaren dat Engelen voorzitter was van de vakgroep hydrogeologie heeft hij veel tijd besteed aan kennisoverdracht in ontwikkelingslanden. Hij heeft daarvoor ook kritiek gekregen, omdat dit praktische werk ten koste zou zijn gegaan van de wetenschappelijke ontwikkeling van het onderzoek aan de vakgroep.
In de loop van de jaren zeventig ontstond wrijving tussen vakgroepvoorzitter Engelen en leden van de wetenschappelijke staf. Dit leidde in 1979 tot het aftreden van Engelen als voorzitter van de vakgroep (Roeleveld, 2005 p.161).

Engelen was promotor van T.J. Beukeboom (1976), H. Speelman (1979), A.A. van der Griend (1981), L.A. Bruijnzeel (1983), F.H. Kloosterman (1989), A. Allewijn (1990), P.J. Stuyfzand (1993) en mede-promotor van C.A.J. Appelo (1978) en J.A.C. Meekes (1997).

Regionale systeem Analyse

In de jaren tachtig na zijn aftreden als voorzitter van de vakgroep bleef Engelen verbonden aan de vakgroep. Hij richtte zich op onderzoek naar de water- en nutriëntenbalans van de Loosdrechtse plassen. Bovendien ontwikkelde hij de methode voor de regionale systeem analyse. Daarbij worden grondwaterstromingsstelsels beschreven door interpretatie van kaarten van maaiveldshoogte en grondwatertrappen, gecombineerd met puntwaarnemingen van boorprofielen, grondwaterstanden en grondwaterkwaliteit.
De Dienst Grondwaterverkenning heeft in de jaren tachtig en negentig met deze methode Nederland vlakdekkend gekarteerd, waardoor de regionale systeemanalyse onder hydrologen de bekendste bijdrage van Engelen aan het vakgebied is geworden.
Het leverde hem ook weer de nodige kritiek op, met name van vakgenoten die vonden dat zijn methode onvoldoende reproduceerbaar was en te weinig kwantitatief onderbouwd (Van Bakel, zj). Bij beleidsmakers heeft het Engelen echter veel erkenning opgeleverd (Heikens et al. 1995).

Aardwetenschapper met veldkennis

Engelen was een aardwetenschapper die de hydrologie van landschappen bestudeerde en verklaarde op basis van veldwaarnemingen. Vanuit zijn veldkennis en systeeminzicht ontwikkelde hij de regionale systeemanalyse. Zijn praktisch inzicht in hydrologische systemen en zijn vermogen om dit inzicht over te dragen blijkt uit het prachtige verslag van Michael van der Valk van een veldbezoek met Engelen aan een hoogveengebied ergens in Europa:

"Eén van de kenmerken van het huidige Nederlandse grondwaterdenken is het systeemgericht denken. De enigszins wankele grondvesten van dit denken zijn oorspronkelijk gelegd door professor G.B. (Ben) Engelen, destijds hoogleraar aan de Vrije Universiteit te Amsterdam.
Van diverse kanten is getracht te zagen aan dit denken, doch de systeemanalyse bleek flexibeler, taaier of zo u wilt krachtiger dan menigeen dacht. Dit komt omdat het de grondwaterstroming in het diepst van haar wezen beschrijft, waardoor vele enigmata die numeriek beschouwd onoplosbaar waren met behulp van een kleurpotlood en een stukje boterhampapier konden worden doorgrond.

Ik herinner mij een veldbezoek op een Westeuropees hoogveengebied alwaar een onderzoeker na vier jaren onderzoek zijn tanden stuk had gebeten op onverklaarbare fenomenen. De begeleiders van de promovendus vonden het inmiddels welletjes, hetgeen zowel de jongeman als de begeleiders wederzijds peentjes deed zweten. Hoe moest het nu verder?, was het onderwerp van een levendige discussie halverwege de tweede velddag.

Terwijl links en rechts met Latijnse namen van acidofiele plantensoorten werd geschermd, de nationale hydrogeoloog het belang van het pleniglaciaal benadrukte, en de terreinbeheerder nadrukkelijk zweeg, had de professor zijn doosje Caran d'Ache geopend, bij mij een blaadje notitiepapier geleend, en begon hij te tekenen. "Sphagnum cuspidatum!", riep iemand. "But it's in the Soak", zei een ander. "Don't forget the pH!" Een stilte viel en professor Engelen kreeg het woord.

Hij vertelde in een paar minuten welke waarnemingen het groepje die ochtend had gedaan, en op welke wijze het een in het ander paste, waarbij een enkele kilometers verwijderd eskerstelsel als infiltratiegebied voor een als meetfout beschouwde kwelstroming verklaard werd.
Na een korte stilte viel iedereen over elkaar heen. Werd hier vier jaar denkwerk opzij geschoven door de eerste de beste buitenlander die een dagje langskomt? Wie dachten de heren wel dat ze waren?
Diezelfde middag nog bleek het onderzoeksgebied te bestaan uit een hoogveen en een laagveen die na de laatste ijstijd samengegroeid waren. Hiermee was het onverklaarbare op vierdimensionale wijze met enkele potloodstrepen verklaard. De rare plantjes konden bestaan omdat er 12.000 jaar geleden ijs was geweest waarvan de glaciofluviatiele afzettingen thans het Nahrungsgebiet voor de kalkrijke kwel in het overigens verzuurde moeras vormde." (Van der Valk, 2004).

Referenties

pdf-ernst1937 [1] Bakel, J. van (zonder jaar). Kanttekeningen bij de regionale geohydrologische systeemanalyse. (ongepubliceerd).

pdf-ernst1937[2] Engelen, G.B. (1974). Rentmeesters van water. Rede uitgesproken bij de aanvaarding van het ambt van gewoon hoogleraar in de Hydrogeologie en de Geografische Hydrologie aan de Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen van de Vrije Universiteit te Amsterdam op 10 mei 1974. VU, Amsterdam.

pdf-ernst1937[3] Heikens, D.I.J., T.C.M. van Dort en J. J. van der Sommen (1995). De waarde van hydrologische systeemanalyse. Stromingen (1) 1995, p.41-48

Roeleveld, W. (2005). Aardwetenschappen aan de Vrije Universiteit 1960 - 2001. Vrije Universiteit, Amsterdam.

pdf-ernst1937[4] Valk, M.R. van der (2004). Boekrecensie Systeemgericht Grondwaterbeheer. Stromingen 10 (2004) nummer 1. p.54-56.